Applies ToExcel voor Microsoft 365 Excel 2024 Excel 2021 Excel 2019 Excel 2016

Het testen of voorwaarden waar of onwaar zijn en het maken van logische vergelijkingen tussen expressies is gebruikelijk voor veel taken. U kunt de functies AND, OR, NOT en IF gebruiken om voorwaardelijke formules te maken.

De functie ALS gebruikt bijvoorbeeld de volgende argumenten.

formule met de functie ALS

Formule die gebruikmaakt van de functie ALS

Bijschrift 4 logical_test: de voorwaarde die u wilt controleren.

Afbeelding van knop value_if_true: de waarde die moet worden geretourneerd als de voorwaarde Waar is.

Bijschrift 4 value_if_false: de waarde die moet worden geretourneerd als de voorwaarde Onwaar is.

Zie Een formule maken of verwijderen voor meer informatie over het maken van formules.

Wat wilt u doen?

Een voorwaardelijke formule maken die resulteert in een logische waarde (WAAR of ONWAAR)

Als u deze taak wilt uitvoeren, gebruikt u de functies en operators AND, OR en NOT , zoals wordt weergegeven in het volgende voorbeeld.

Voorbeeld

Het voorbeeld is mogelijk beter te begrijpen als u het naar een leeg werkblad kopieert.

Hoe kopieer ik een voorbeeld?

  1. Selecteer het voorbeeld in dit artikel.

    een voorbeeld selecteren in de help in Excel 2013 voor Windows

    Een voorbeeld in een Help-onderwerp selecteren

  2. Druk op Ctrl+C.

  3. Maak in Excel een lege werkmap of een leeg werkblad.

  4. Selecteer cel A1 van het werkblad en druk op Ctrl+V.

Belangrijk: Het voorbeeld werkt alleen naar behoren als u het in cel A1 van het werkblad plakt.

  1. Druk op Ctrl+` (accent grave) als u afwisselend de resultaten en de bijbehorende formules wilt weergeven. U kunt ook naar het tabblad Formules gaan en in de groep Formules controleren op de knop Formules weergeven klikken.

Nadat u het voorbeeld naar een leeg werkblad hebt gekopieerd, kunt u het naar eigen inzicht aanpassen.

Gegevens

15

9

8

Tandwielen

Widgets

Formule

Beschrijving (resultaat)

=EN(A2>A3; A2<A4)

Bepaalt of de waarde in cel A2 groter is dan de waarde in A3 en ook of de waarde in A2 kleiner is dan de waarde in A4. (ONWAAR)

=OF(A2>A3; A2<A4)

Bepaalt of de waarde in cel A2 groter is dan de waarde in A3 of dat de waarde in A2 kleiner is dan de waarde in A4. (WAAR)

=NIET(A2+A3=24)

Bepaalt of de som van de waarden in de cellen A2 en A3 niet gelijk is aan 24. (ONWAAR)

=NOT(A5="Sprockets")

Bepaalt of de waarde in cel A5 niet gelijk is aan 'Sprockets'. (ONWAAR)

=OF(A5<>"Sprockets";A6 = "Widgets")

Bepaalt of de waarde in cel A5 niet gelijk is aan 'Sprockets' of dat de waarde in A6 gelijk is aan 'Widgets'. (WAAR)

Zie and, function, OR, function, and NOT function (EN, functie OF) en DE functie NOT voor meer informatie over het gebruik van deze functies.

Naar boven

Een voorwaardelijke formule maken die resulteert in een andere berekening of in andere waarden dan WAAR of ONWAAR

Als u deze taak wilt uitvoeren, gebruikt u de functies en operatoren ALS, EN en OF , zoals wordt weergegeven in het volgende voorbeeld.

Voorbeeld

Het voorbeeld is mogelijk beter te begrijpen als u het naar een leeg werkblad kopieert.

Hoe kopieer ik een voorbeeld?

  1. Selecteer het voorbeeld in dit artikel.

    Belangrijk: Selecteer geen rij- of kolomkoppen.

    een voorbeeld selecteren in de help in Excel 2013 voor Windows

    Een voorbeeld in een Help-onderwerp selecteren

  2. Druk op Ctrl+C.

  3. Maak in Excel een lege werkmap of een leeg werkblad.

  4. Selecteer cel A1 van het werkblad en druk op Ctrl+V.

Belangrijk: Het voorbeeld werkt alleen naar behoren als u het in cel A1 van het werkblad plakt.

  1. Druk op Ctrl+` (accent grave) als u afwisselend de resultaten en de bijbehorende formules wilt weergeven. U kunt ook naar het tabblad Formules gaan en in de groep Formules controleren op de knop Formules weergeven klikken.

Nadat u het voorbeeld naar een leeg werkblad hebt gekopieerd, kunt u het naar eigen inzicht aanpassen.

Gegevens

15

9

8

Tandwielen

Widgets

Formule

Beschrijving (resultaat)

=ALS(A2=15; "OK"; "Niet OK")

Als de waarde in cel A2 gelijk is aan 15, retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (OK)

=ALS(A2<>15; "OK"; "Not OK")

Als de waarde in cel A2 niet gelijk is aan 15, retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (Niet OK)

=ALS(NIET(A2<=15), "OK", "Not OK")

Als de waarde in cel A2 niet kleiner is dan of gelijk is aan 15, retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (Niet OK)

=ALS(A5<>"SPROCKETS"; "OK"; "Not OK")

Als de waarde in cel A5 niet gelijk is aan 'SPROCKETS', retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (Niet OK)

=ALS(EN(A2>A3; A2<A4), "OK", "Not OK")

Als de waarde in cel A2 groter is dan de waarde in A3 en de waarde in A2 ook kleiner is dan de waarde in A4, retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (Niet OK)

=ALS(EN(A2<>A3; A2<>A4), "OK", "Not OK")

Als de waarde in cel A2 niet gelijk is aan A3 en de waarde in A2 ook niet gelijk is aan de waarde in A4, retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (OK)

=ALS(OF(A2>A3; A2<A4), "OK", "Niet OK")

Als de waarde in cel A2 groter is dan de waarde in A3 of als de waarde in A2 kleiner is dan de waarde in A4, retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (OK)

=ALS(OF(A5<>"Tandwielen", A6<>"Widgets"), "OK", "Niet OK")

Als de waarde in cel A5 niet gelijk is aan 'Sprockets' of als de waarde in A6 niet gelijk is aan 'Widgets', retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (Niet OK)

=ALS(OF(A2<>A3; A2<>A4), "OK", "Niet OK")

Als de waarde in cel A2 niet gelijk is aan de waarde in A3 of als de waarde in A2 niet gelijk is aan de waarde in A4, retourneert u 'OK'. Anders retourneert u 'Niet OK'. (OK)

Zie ALS, EN, functie en OF, functie voor meer informatie over het gebruik van deze functies.

Naar boven

Meer hulp nodig?

Meer opties?

Verken abonnementsvoordelen, blader door trainingscursussen, leer hoe u uw apparaat kunt beveiligen en meer.

Community's helpen u vragen te stellen en te beantwoorden, feedback te geven en te leren van experts met uitgebreide kennis.